Hoe vrijblijvend zijn onderhandelingen? Iedere ondernemer wil groeien. Dat kan door ieder jaar wat beter te draaien dan het voorgaande jaar. Een andere mogelijkheid is door een vergelijkbaar bedrijf te kopen en samen te voegen. Doordat een groot deel van de kosten dan maar één keer gemaakt hoeft te worden, kan dit door de bekende synergievoordelen een lucratieve manier zijn om te groeien. Maar tijdens de gesprekken met de aspirant verkoper krijgt u koudwatervrees of een nog mooiere gelegenheid komt langszij. U blaast de hele overname af, maar de aspirant verkoper claimt schade! Hoe vrij staat u om de gesprekken ‘zo maar’ te beëindigen? Het leerstuk van de afgebroken onderhandelingen is niet wettelijk geregeld, maar heeft zich in de rechtspraak ontwikkeld. Het uitgangspunt houdt kort gezegd in dat de relatie tussen onderhandelende partijen wordt beheerst door redelijkheid en billijkheid. Partijen moeten hun gedrag mede laten bepalen door elkaars gerechtvaardigde belangen, dus ook door het belang van de wederpartij; hoe paradoxaal dat ook klinkt! Sinds 1982 onderscheidt de Hoge Raad drie fasen in de onderhandelingen. In een eerste fase zijn partijen volledig vrij de onderhandelingen af te breken zonder aansprakelijkheid te riskeren. In een tweede fase staat het afbreken nog wel vrij, maar moet de partij die afbreekt de kosten die de wederpartij heeft gemaakt voor haar rekening nemen. Wanneer de tweede fase precies aanbreekt, hangt af van de omstandigheden van het geval. In een derde fase staat afbreken niet meer vrij. De partij die de onderhandelingen afbreekt, is verplicht de schade die daardoor ontstaat te vergoeden. Die schade kan ook gederfde winst omvatten. De derde fase breekt aan op het moment dat de wederpartij er redelijkerwijs op mocht vertrouwen dat een overeenkomst (over de hoofdelementen waarvan zij inmiddels overeenstemming hebben bereikt) tot stand zou komen. Hoewel er veel onderhandeld en afgebroken wordt, is er weinig rechtspraak voorhanden. In de praktijk worden geschillen over de afgebroken - vaak geheime - onderhandelingen bij voorkeur niet publiekelijk uitgevochten. Veel wordt onderling geschikt of via niet openbare geschillenbeslechting opgelost. In augustus 2005 heeft de Hoge Raad een arrest gewezen dat een verschuiving teweeg lijkt te brengen van drie naar twee fasen. De Hoge Raad begint de uitspraak met een herformulering van de toepasselijke maatstaf als hiervoor beschreven; geen voorpaginanieuws dus. Wat wél verrassend is, is dat de Hoge Raad vervolgens aangeeft dat aansprakelijkheid voor afgebroken onderhandelingen niet snel mag worden aangenomen. De maatstaf dient aldus met de nodige terughoudendheid te worden toegepast. Opvallend is dat de Hoge Raad de drie onderhandelingsfasen niet herhaalt. Het is niet duidelijk of dit arrest als consequentie heeft dat het drie fasen model uit 1982 nu van de baan is. Sommige juristen stellen dat uit het arrest volgt dat de tweede fase verdwenen is. Er resteren dan slechts twee mogelijkheden: ófwel afbreken is zonder meer geoorloofd en in dat geval is er dus geen reden voor schadevergoeding (de voormalig eerste fase), dan wel afbreken is óngeoorloofd en dan is er dus plaats voor schadevergoeding, onder meer bestaande uit gederfde winst (voormalige derde fase). Wat wél vast staat is dat met dit arrest een duidelijk signaal wordt gegeven dat de contractsvrijheid - en daarmee de vrijheid van partijen tot afbreken van onderhandelingen - voorop staat. Gebondenheid en daaruit voortvloeiende aansprakelijkheid van de afbrekende partij worden niet snel aangenomen en vormen dus uitzondering. Het antwoord op de titel(vraag) is dus niet zonder meer te geven. Feit is dat u in grote mate vrij bent in de onderhandelingen. Dat neemt niet weg dat het verstandig is in een beginstadium van de gesprekken schriftelijke afspraken te maken (bijvoorbeeld in een intentieverklaring) over de onderhandelingsfasen, de afbreekvrijheid en de vergoeding van bepaalde kosten (of juist niet). U doet er in ieder geval goed aan zich te realiseren dat indien over de essentialia van de overeenkomst overeenstemming is bereikt en er geen expliciet voorbehoud is gemaakt, de rechter zal aannemen dat een overeenkomst tot stand is gekomen en u bent gebonden. Voorzichtigheid is dus -ook hier- geboden. . . . terug naar boven |