Klarenbeek's incasso en adviesbureau
Terug naar archief

Aansprakelijkheid voor bedrijfsongevallen

Lees artikel



Respectloze overheid

Lees artikel


Aansprakelijkheid voor bedrijfsongevallen

Recent is weer een uitspraak gedaan in een procedure over een bedrijfsongeval. Een verzorgingshulp was tijdens het fietsen van de ene naar de andere patiënt ten val gekomen, brak haar scheenbeen en bleek hiervoor niet verzekerd. Zowel de rechtbank als het Hof achtten de werkgever aansprakelijk, niet op grond van de gewone aansprakelijkheid voor bedrijfsongevallen, maar op grond van goed werkgeverschap.

De werkgever had voorzien in een regeling dat bij slecht weer ander vervoer kon worden geregeld dan per fiets. Het was die dag echter geen uitzonderlijk slecht weer, zodat de werknemer op alternatief vervoer geen beroep had hoeven doen. Bovendien gold het fietsverkeer weliswaar als werktijd en werd dat ook als zodanig betaald, maar omdat dit buiten het gezagsbereik van de werkgever plaatsvond, achtte het Hof het artikel over de zorgplicht ter voorkoming van bedrijfsongevallen niet van toepassing.

Waarom dan toch aansprakelijkheid? Nu het fietsverkeer onderdeel was van de werktijd, had de werkgever een adequate voorziening moeten treffen voor eventuele ongevallen in het verkeer òf de werkgever had uitdrukkelijk moeten waarschuwen dat een dergelijke voorziening niet was getroffen en van werknemers werd verwacht dat zij dat zelf zouden doen. Door noch het een noch het ander te doen, heeft de werkgever zich niet gedragen als goed werkgever en is daarom aansprakelijk voor de schade die de werknemer leed.

Gelukkig is er wel een grens aan die aansprakelijkheid. Zo is eind oktober 2005 een vonnis gewezen over een werknemer die met twee andere collega’s steigermateriaal van de derde verdieping naar de begane grond verplaatste. Vanaf de bovenste etage werd een kraan bediend, 35 meter boven de begane grond. Toen al het materiaal beneden was, gebaarde de werknemer aan de kraanbediende dat deze de kraan weer kon ophalen. Toen de takel omhoog ging, liet de werknemer zich daarmee optillen met de bedoeling daar na een paar meter weer vanaf te springen. Hij werd door een windvlaag helaas boven het materiaal geblazen en durfde niet meer te springen. Zo werd hij steeds hoger opgehesen en is hij uiteindelijk van een hoogte van 15 meter naar beneden gevallen toen zijn armen het gewicht niet meer konden houden, dit met ernstig letsel tot gevolg.
In dit geval is de rechter tot het oordeel gekomen dat de werknemer deze stunt niet uithaalde in de uitoefening van zijn werkzaamheden.

De conclusie is dat de reikwijdte van wat tot de werkzaamheden behoort groot is, maar daaraan uiteindelijk wel een einde komt. Binnen die werkzaamheden is de zorgplicht van de werkgever groot. Wanneer een regel in die zorgplicht, bijvoorbeeld uit de Arbowet, is geschonden en deze regel bestond ter voorkomen van schade die zich in een bepaald geval nu juist voordoet, wordt bovendien de bewijslast omgedraaid. Niet de werknemer hoeft te bewijzen dat er een causaal verband bestaat tussen de schade en de schending van de zorgplicht maar de werkgever moet aantonen dat het causaal verband ontbreekt.

Zelfs als de zorgplicht niet aan de orde is danwel niet is geschonden, dan nog kan de werkgever aansprakelijk zijn op grond van goed werkgeverschap. Het is dus zaak alert te zijn op alle specifieke regels uit hoofde van Arbowetgeving en andere regelgeving en daarnaast, bij voorzienbare kwetsbaarheid zoals bijvoorbeeld in het verkeer, ofwel een verzekering af te sluiten ofwel uitdrukkelijk kenbaar te maken dat een verzekering ontbreekt opdat werknemers erop worden geattendeerd dat zij zelf een voorziening moeten treffen.

Bij twijfel loont het wellicht de moeite de interne regelgeving en (wijze van) de communicatie daarover aan een jurist ter beoordeling voor te leggen.

 


. . . terug naar boven



Respectloze overheid

Bij de vraag in hoeverre iemand arbeidsongeschikt is, wordt gekeken hoeveel uur iemand nog kan werken op basis van een 38-urige werkweek. Zolang de betrokkene ook daadwerkelijk een 38-urige werkweek had, valt te begrijpen dat iemand 50% arbeidsongeschikt is wanneer er nog 19 uur gewerkt kan worden.

Maar dat wordt anders zodra iemand zijn totale inkomen verdient door 80 uur in de week te werken. Dan zitten we meestal bij de categorie van vrachtwagenchauffeurs, grote en kleine ondernemers, etc. Maar ook met mensen die met minder opleiding meer banen hebben en meer overuren draaien om zodoende toch nog een hoger inkomen te genereren. De overheid had bedacht om bij de bepaling van de arbeidsongeschiktheid geen rekening te houden met mensen die hun inkomen genereren in meer dan 38 uur per week. Dus iemand die 76 uur per week werkte en die na ziekte of ongeval nog ‘maar’ 38 uur kon werken, werd volledig arbeidsgeschikt verklaard en niet 50% arbeidsongeschikt. Dat is des te bedenkelijker nu de overheid de ingehouden premies baseert op het totale inkomen.

De Centrale Raad van Beroep heeft nu geoordeeld dat het UWV bij het herkeuren niet standaard mag uitgaan van een werkweek van 38 uur. Blijkt iemand een werkweek van 76 uur te hebben gehad, dan is dat de norm. Een uitspraak waarvan men zich in gemoede mag afvragen waarom het tot een procedure op dat punt heeft moeten komen. Immers, de oneerlijkheid van het door de overheid uitgevoerde systeem gedurende de afgelopen drie jaar, druipt ervan af.

Maar daar is de kous nog niet mee af. Slechts een deel van degenen die foutief gekeurd zijn, is tegen die uitkomst in beroep gekomen. Een groot deel heeft het er bij laten zitten. Zij dachten dat het instellen van beroep tegen de overheid toch een zinloze exercitie was of ze hadden geen mogelijkheden om geld in een procedure te investeren. Met hen wilde de overheid in eerste instantie geen rekening houden.

Inmiddels heeft de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid besloten om iedereen opnieuw te beoordelen waar bedoelde problematiek speelt, ongeacht of de betrokkene wel of geen beroep/bezwaar heeft ingediend.
Daar is overigens wel voor nodig geweest dat duizenden bezwaarschriften bij UWV zijn ingediend, beroepen zijn ingesteld bij rechtbanken en hoger beroepsprocedures zijn ingesteld bij de Centrale Raad van Beroep. De onzekerheid en rechteloosheid heeft dus jaren geduurd.
En pas na heftige druk van politici is besloten om de herbeoordeling ook te laten gelden voor hen die toch maar geen beroep instelden omdat ze het geld er niet voor hadden of zich bij voorbaat al kansloos meenden of een jarenlange psychisch belastende juridische weg niet zagen zitten. Het is uitermate betreurenswaardig dat onze eigen overheid nu doet wat zij jaren geleden al lang en breed had moeten begrijpen. Dat is pas geldverspilling.


... terug naar boven


Verlof opnemen? Een overzicht van de verlofregelingen

Welke mogelijkheden heeft een werknemer die er een tijdje tussenuit wil, bijvoorbeeld om voor de kinderen te zorgen of voor een ziek familielid? Of om met een sabbatical gaan? Bijgaand treft u meer informatie aan over verschillende verlofregelingen:

  • verlof voor kinderen (van zwangerschaps- tot ouderschapsverlof);
  • zorgverlof (verlof om voor uw zieke kinderen of familie te zorgen);
  • calamiteitenverlof (verlof voor een acuut probleem);
  • levensloopregeling (sparen voor verlof);
  • onbetaald verlof.





Oprichting besloten vennootschap (BV) eenvoudiger

Het wordt makkelijker om een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid (BV) op te richten omdat de regels voor deze rechtsvorm worden vereenvoudigd. Dit levert het bedrijfsleven veel voordelen op. Ondernemers krijgen meer vrijheid bij de inrichting van kleinere ondernemingen, joint ventures en concerns, waardoor zij beter en sneller kunnen inspelen op veranderingen in de markt en hun concurrentiepositie kunnen versterken. De grotere vrijheid die ondernemers wordt geboden, blijkt vooral uit de ruimere mogelijkheden om in de statuten af te wijken van bepalingen in de wet. Voorbeelden daarvan zijn de mogelijkheid dat iedere aandeelhouder zijn eigen bestuurder benoemt, de uitgifte van stemrechtloze aandelen en meer gelegenheid om besluitvorming buiten de algemene vergadering te laten plaatsvinden.

Daarnaast worden onnodige belemmeringen voor het bedrijfsleven in bestaande regelgeving weggenomen. Belangrijk is de afschaffing van het minimumkapitaal van 18.000 euro als startkapitaal. Ondernemers kunnen in het nieuwe systeem zelf kiezen welk bedrag zij bij de oprichting van de BV inbrengen. Dit zal naar verwachting een gunstig economisch effect hebben omdat het voor kleinere en startende ondernemers makkelijker wordt om te kiezen voor een rechtsvorm met beperkte aansprakelijkheid. Het maakt investeren in de onderneming aantrekkelijker. Ook de verplichte blokkeringregeling, de bankverklaring en de accountantsverklaring bij inbreng in natura worden afgeschaft.





Boete voor onderbetalen werknemers

De Arbeidsinspectie kan vanaf mei 2007 werkgevers beboeten die hun personeel onderbetalen. Werkgevers die minder dan het minimumloon betalen kunnen per onderbetaalde werknemer een boete verwachten van maximaal 6.700 euro.
De inspectie verlegt haar aandacht nu naar Polen en personeel uit andere Oost-Europese landen die sinds 2004 EU-lid zijn, per 1 mei zonder werkvergunning in Nederland aan de slag kunnen. Er bestaat risico op uitbuiting van de arbeidsmigranten. Ook moet worden voorkomen dat Roemenen, Bulgaren of Wit-Russen de ’nieuwe’ Polen worden.





Arbeidsongeschiktheidsuitkeringen opnieuw vastgesteld na uitspraak rechter

De arbeidsongeschiktheidsuitkeringen van bijna 37.000 mensen die volgens nieuwe normen zijn beoordeeld en meer werken dan 38 uur per week, worden opnieuw vastgesteld. Minister Donner van Sociale Zaken zal de regels aanpassen in reactie op de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 2 maart 2007. De Raad vindt dat de beoordeling (van de mate) van arbeidsongeschiktheid moet zijn gebaseerd op het werkelijke aantal uren en inkomen. Sinds het nieuwe Schattingsbesluit in 2004 werd ingevoerd is de beoordeling gebaseerd op maximaal 38 uur.

Het oordeel van de Centrale Raad van Beroep betekent dat vanaf het moment van die uitspraak de maximering vervalt. Het besluit wordt teruggedraaid voor mensen die daartegen een bezwaar of beroep hebben lopen. Het nieuwe besluit geldt vanaf de datum van de oorspronkelijke beoordeling.

Ook mensen die geen bezwaar of beroep hebben lopen, kunnen opnieuw hun arbeidsongeschiktheid laten vaststellen. Zij kunnen dan een gewijzigde uitkering krijgen. De nieuwe vaststelling moet zo min mogelijk last opleveren. Daarom heeft de minister het UWV gevraagd de nieuwe uitkering op basis van de beschikbare dossiergegevens vast te stellen. Dit gebeurt waar mogelijk zonder nieuwe beoordeling. De eventuele nieuwe uitkering gaat in vanaf de datum van de rechterlijke uitspraak.
De maximering heeft betrekking ongeveer 30.000 mensen in de WAO en een kleine 7.000 in de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA), de opvolger van de WAO. Minister Donner verwacht dat bij 30 tot 50 procent van de betrokkenen de uitkering omhoog zal gaan.





Wat is de maximale huurverhoging per 1 juli 2007?

De maximale huurverhoging voor de periode 1 juli 2007 tot 30 juni 2008 is 1,1 procent. Deze verhoging is gelijk aan het inflatiepercentage over het jaar 2006. Voor woningcorporaties geldt daarnaast de maximale huurprijsnorm. Dit is het percentage waarmee de gemiddelde huurprijs gerekend over alle woningen van een betreffende corporatie per 1 juli mag stijgen. Ook de maximale huurprijsnorm wordt gesteld op het inflatiepercentage van 1,1 procent.

De verhuurder moet minstens twee maanden van te voren het huurverhogingsvoorstel aan de huurder in een brief meedelen. Bij een verhoging per 1 juli 2007 moet dat dus voor 1 mei 2007 worden doorgegeven.

De huurstijging per 1 juli 2007 is gekoppeld aan de inflatie. Daarom vervalt de maximale huurstijging van 25 euro per maand voor zelfstandige woningen die een relatief lage huur hebben ten opzichte van de geboden kwaliteit. Deze categorie woningen zal dus ook een maximale huurprijsstijging van 1,1 procent hebben per 1 juli 2007.







Disclaimer

Hoewel bij het samenstellen van de inhoud van deze digitale nieuwsbrief de uiterste zorg is nagestreefd, sluiten de samenstellers van deze digitale nieuwsbrief iedere aansprakelijkheid uit voor onjuistheden, onvolledigheden en eventuele gevolgen van het handelen op grond van informatie die op via deze digitale nieuwsbrief beschikbaar is.

 

© 2012 Klarenbeek's Incasso & Adviesbureau